
Cellenbeton, ook gekend als gasbeton, is een lichtgewicht betonsoort die gekenmerkt wordt door zijn goede isolerende eigenschappen. Daarnaast is cellenbeton ook geluidsisolerend, brandwerend en vorstbestendig.
Sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw wordt cellenbeton gebruikt in de industriebouw, maar het vindt nu ook meer en meer zijn weg naar de particuliere woningbouw. Jaarlijks wordt door de grootste producent (marktaandeel 70-80%) 250 000 à 300 000 m³ cellenbeton afgezet op de Belgische markt. Cellenbetonproducten worden ook geïmporteerd uit Frankrijk en Duistland. In 2009 was dat goed voor respectievelijk 19 000 m³ en 10 000 m³.
Productie
Op basis van prognoses, gebaseerd op de levensduur van cellenbeton, kan het aandeel cellenbeton dat jaarlijks vrijkomt worden bepaald. Uit die prognoses volgt in een worst case scenario dat anno 2020 jaarlijks zo’n 150 000 m³ cellenbetonafval vrijkomt in België. Dit cellenbetonafval kan, indien het zuiver genoeg is, als zandvervanger (<1mm) ingezet worden in de productie van nieuw cellenbeton. Xella geeft aan dat in Vlaanderen zo jaarlijks om en bij de 20 kton cellenbetonafval wordt gerecycleerd. Het gaat dan vooral om bouw- en productie afval. Andere mogelijkheden voor cellenbetonafval, ontstaan tijdens de bouwfase, zijn de afvoer als gemend afval (bv. naar een sorteerinrichting) of de recyclage in niet-zichtbare of minder kritische toepassingen.
Cellenbetonafval, ontstaan tijdens de sloop, is vaak te sterk verontreinigd voor de productie van nieuw cellenbeton. Hierdoor zijn de afzetmogelijkheden beperkt. Door de geringe druksterkte van cellenbeton (3-6 MPa) ten opzichte van bijvoorbeeld beton en het sulfaatuitlooggedrag van gebroken materiaal is enige aandacht nodig bij hergebruik in ongebonden toepassingen.
Er zijn echter ook twee bedrijven in Vlaanderen die specifiek cellenbeton afkomstig van sloopwerken accepteren en verwerken: EKP Recycling en Chap-Yt. Beide bedrijven verwerken het cellenbetonafval (<8mm) in dekvloeren (chape) en cementgebonden producten (zandcement) waarbij het cellenbeton dienstdoet als zandvervanger. Beide bedrijven bezitten een grondstofverklaring voor een jaarlijkse hoeveelheid van 50 kton.
Milieuhygiënische aspecten
Op milieuhygiënisch vlak vormt de uitloging van sulfaten de grootste uitdaging voor de recyclage van cellenbeton. Hoewel in Vlaanderen nog geen limietwaarde voor de uitloging van sulfaten bestaat, is de uitloging van sulfaten naar het milieu toe niet gewenst. Vandaar dat wel reeds een vooropgestelde limietwaarde voor de uitloging van sulfaten bestaat. Deze limietwaarde bedraagt 2200 mg/kg ds (voor een kolomproef). Typische uitlogingswaarden voor cellenbeton liggen echter in de grootteorde van 6 000-15 000 mg/kg ds. Het (chemisch) immobiliseren van deze sulfaten is voor het gebruik van cellenbeton in buitentoepassingen dan ook gewenst.
Omwille van de sulfaatproblematiek is voor het gebruik van cellenbeton als bouwstof een grondstofverklaring vereist. In de grondstofverklaring wordt bijkomend nagegaan of het materiaal waarin het cellenbeton wordt gebruikt, voldoet aan de uitloogcriteria.
Bouwtechnische Aspecten
Cellenbeton wordt omwille van de uitloging van sulfaat veelal gebruikt in gebonden toepassingen (vormgegeven bouwstof of in niet-vormgegeven bouwstof) en meestal niet als niet-vormgegeven bouwstof. Bij cementgebonden mengsels dient omwille van het de aanwezigheid van sulfaten een sulfaatbestendig cement (C3A-arm), zoals hoogovencement, te worden gebruikt.Sulfaten kunnen ook de binding van het cement beïnvloeden.
Bij de recyclage van cellenbeton is ook de druksterkte van het cellenbeton van belang. Deze is beperkt (3-6 MPa), waardoor het niet geschikt is voor bepaalde toepassingen. .
Tot slot bezit cellenbeton ook enkele positieve technische kenmerken, het is licht (300-800 kg/m³) en is een goede isolator, zowel thermisch als akoestisch.
Via certificatie-instellingen COPRO (TRA 40) en Certipro is het mogelijk om de bouwtechnische kwaliteit van cellenbeton te certificeren.
Toepassing als bouwstof
Cellenbeton kan worden ingezet bij de productie van:
- nieuw cellenbeton (20 % van de zandfractie)
- zandcement (chape) (Chap-Yt)
- betonproducten (EKP)
- droge egalisatiekorrels (Fermacell vloeren)